Wat zijn mogelijke oorzaken van dysthymie?
Possible causes for dysthymia
Er zijn verschillende (mogelijke) oorzaken voor dysthymie.
Ik verdeel ze in vier (hoofd) categorien, die wel te onderscheiden vallen, maar niet (altijd) te scheiden zijn:
Een eerste (mogelijke) oorzaak is genetisch/biologisch van aard.
Een zekere mate van gevoeligheid voor dysthymie lijkt (deels) genetisch bepaald te zijn.
Persoonlijk ervoer ik al in mijn (vroege) kinderjaren sombere gevoelens en ook mijn ouders en zus lijken een zekere aanleg te hebben om het leven zwaar(der) op te nemen.
Een tweede (mogelijke) oorzaak ligt in ervaringen in het leven en hoe daar intern mee wordt omgegaan.
Je zou dat de psychologische copingstijl kunnen noemen.
In mijn geval denk ik dat negatieve ervaringen in mijn schooltijd en ervaringen met levensbedreigende ziekten in mijn nabije omgeving van invloed zijn geweest bij de ontwikkeling van mijn dysthymiteit. Het niet (kunnen) praten over de gevoelens die dit opriep heeft vermoedelijk de dysthymiteit versterkt.
Een derde (mogelijke) oorzaak heeft te maken met de omgeving en op welke wijze die dysthymiteit opwekt en in stand houdt.
Je zou dat de sociologische verbanden kunnen noemen, zoals de inrichting van de samenleving.
De in mijn ogen- zeker tijdens mijn adolescentie- oppervlakkige manier waarop mensen contact met elkaar hebben, versterkte gevoelens van eenzaamheid. Het door mij ervaren gebrek aan ruimte in de samenleving voor vragen rondom (de betekenis en doel van) het leven en nadruk op een hedonistische levensstijl verergerden mijn dysthymiteit.
Een vierde (mogelijke) oorzaak betreft het (gebrek aan) zingevingskaders.
Je zou dat de levensbeschouwelijke duiding van dysthymie kunnen noemen.
Existentiële zingeving is een persoonlijke verhouding tot de wereld waarin het eigen leven geplaatst wordt in een breder kader van samenhangende betekenissen waarbij doelgerichtheid, waardevolheid, verbondenheid, transcendentie, competentie en erkenning ervaren worden.
Dysthymie beïnvloedt deze existentiële zingeving maar wordt er ook door beïnvloed.
In mijn geval heeft ongetwijfeld het wegvallen van zekerheden uit mijn christelijke opvoeding tijdens mijn adolescentie een rol gespeeld in de ontwikkeling van dysthymiteit. Het vanzelfsprekende grotere verband waar ik zin en betekenis aan kon ontlenen viel weg. Het lukte me niet zin/betekenisvolle alternatieven te vinden/ontwikkelen.
Vanzelfsprekend zijn bovenstaande (mogelijke) oorzaken wel te onderscheiden, maar niet te scheiden. In de praktijk is vaak sprake van een mengeling van diverse oorzaken.
There are various (possible) causes for dysthymia. I divide them into four (main) categories, which can be distinguished but cannot (always) be separated.
A first (possible) cause is genetic/biologic. A certain degree of sensitivity for dysthymia seems to be (partly) genetic. In my case, I experienced gloomy feelings already in my (early) childhood. And also my parents and sister seem to have a certain predisposition to take life too seriously.
A second (possible) cause has to do with life experiences and how a person copes with these. You might call this the psychological coping style. In my case, I think negative experiences during my time at school and experiences with life-threatening diseases of people close to me have had influence on developing dysthymia. Not being able to talk about these emotions probably exacerbated / made my dysthymia worse.
A third (possible) cause has to do with the environment and the way it generates and sustains dysthymia. You could think of this as how society is designed. In my view, people -especially during adolescence- tend to communicate in a shallow way, which can/might evoke / lead to feelings of loneliness. All in all, I believe that the lack of room in society for questions about (the meaning of) life and the emphasis on a hedonistic lifestyle worsened my dysthymia.
A fourth (possible) cause has to do with (a lack of) frames for meaning.
You could think of this as the philosophical interpretation of dysthymia.
Existential meaning is a personal relationship to the world where one’s own life is placed in a broader framework of coherent meanings, whereby purpose, values, connectedness, transcendence, competence and recognition are experienced.
Dysthymia influences this existential meaning but is also influenced by it.
In my case, the drop of securities from my Christian upbringing during my adolescence has played a role in the development of my dysthymia. The self-evident greater connection which gave sense and meaning to my life fell away. I was unable to develop/find alternative meaningful alternatives.
Needless to say the above mentioned (possible) causes can be distinct but not separated. In practice, it is often due to a mixture of various causes.